Taalhuis

Woensdag 9 maart. Vandaag de eerste dag van het Taalhuis. In overleg met de vrijwillige taalcoaches- en docenten en met enkele mensen van het COA was besloten dat we een groep zouden formeren voor hoog opgeleide mensen. In de voorjaarsvakantie had ik posters op laten hangen met drie vertalingen, te weten Engels, Farsi en Arabisch. Daarbij zat een inschrijflijst waarop maximaal twintig personen zich konden aanmelden.

 

Vanochtend ging ik naar de Mauritskazerne. Bij de receptie lag de intekenlijst waarop inderdaad keurig twintig namen prijkten. Twintig is wel veel maar de praktijk wijst meestal uit dat je al blij mag zijn als er dan per keer twaalf mensen opduiken. Deze eerste keer stonden er dertien mensen klaar. Enkelen bleken ziek te zijn (mensen schijnen zich ziek te voelen van het ongewone eten). We liepen met elkaar naar de CHE en dat was nog een behoorlijke wandeling. Voordeel was dat we al wandelend konden praten. Ik kwam er al snel achter dat de meesten al wel wat Nederlands konden spreken en zeker al veel dingen begrepen.

 

We waren om tien over half tien pas in het betreffende lokaal. Daar zat Laura, een studente uit PABO-3, al vol ongeduld te wachten. Uiteraard begonnen we met een voorstelrondje. Ik heb mijn best gedaan de namen uit te spreken maar het klonk voor hen vast nergens naar. Zij vonden mijn naam op hun beurt ook moeilijk. Tijdens het voorstelrondje hoorde ik dat de meesten in hun eigen land een goede baan hadden gehad, variërend van apotheker tot accountant.

 

Ik deelde de schriften uit (lang leve de Action waar alles niets kost) en de mapjes met teksten en oefeningen. Ik had geen idee of ik te hoog zou insteken maar begon maar gewoon. Alle cursisten, zoals ik ze toch maar even noem, deden vol enthousiasme mee. Wat fijn, zulke leergierige personen. Toen ik aankondigde dat we tien minuten pauze zouden houden werd dat door hen onmiddellijk gereduceerd tot vijf minuten.

 

Ze stelden goede vragen en gaven aan alles prima te begrijpen. Alleen voor degenen die echt geen Engels konden moest ik af en toe het tempo aanpassen. Begroetingen, aanspreekvormen en de vervoeging van werkwoorden passeerden de revue. En wat altijd zo leuk is: die buitenlanders spellen moeiteloos werkwoorden met dt. Ze passen de regels feilloos toe. Kom daar eens om bij de meeste studenten…

 

Aan het eind van de ochtend verzocht men mij volgende week onmiddellijk om negen uur te beginnen. Ze lopen wel zonder ons naar de CHE. Aldus hebben we nu afgesproken. Deze keer liep ik nog wel mee terug. Ik werd bij een moeder met haar zoon uitgenodigd op hun kamer. Zij delen een kamertje van vier bij vier met twee anderen die ze helemaal niet kennen. Omdat een van de kamergenoten nog sliep, dronken we stilletjes thee in een hoekje van de kamer. Deze twee Syrische mensen hebben niets. Ze hebben een stapelbed, een eettafeltje dat ze moeten delen met de andere twee, een kleine kledingkast en wat weekendtassen. Aan de muur hingen twee schilderijtjes die ze gemaakt hadden op een zaterdagmiddag in Lunteren onder leiding van een kunstschilder. Dat was eigenlijk hun enige bezit.

 

Ze gaven aan dat ze meestal niets doen, de hele dag niets. Ze blijven in bed liggen tot elf uur. Soms kunnen ze meedoen aan een georganiseerde activiteit. Dat vinden ze een welkome afwisseling. Vanochtend waren ze blij dat ze een zinvolle besteding hadden. Ze hebben alleen hun telefoon waarmee ze contact houden met echtgenoot en twee andere zonen die niet verder komen dan Turkije. Ik zag het verdriet in de ogen van deze moeder. Als zij complete gezinnen ziet in de opvang, doet haar hart pijn. Ze ziet echter ook personen die helemaal alleen in Nederland zijn en dan is ze dankbaar dat zij haar zoon heeft.

 

Deze ochtend plaatst ook onze eigen levens in een ander perspectief. Ik werd weer eens stilgezet bij de betrekkelijkheid van alle dingen. Maar wat het fijnst is: ik kijk nu al uit naar volgende week. De mensen gaven aan dat ze dit wel elke dag willen. Fijn om zo een lichtpuntje te brengen in hun eentonige bestaan. Fijn dat het CvB hier het nut van inziet en mij de kans geeft om me in te zetten. Ik heb ervan genoten!

 

De CHE biedt een groep vluchtelingen wekelijks taallessen aan voor hoog opgeleiden. Mooi om te zien hoe de school zo zijn expertise vrijwillig inzet! Naast deze specifieke taallessen worden er wekelijks aan meerdere groepen taallessen gegeven en worden er begeleide online oefenmomenten aangeboden. Ook iets doen met taal? Vul dan het contactformulier in zodat we de verschillende initiatieven op elkaar aan kunnen laten sluiten.